Teatro di Marcello

Theater van Marcellus

Roma | Lazio | Italia

De bouw

De bouw van het theater van Marcellus werd begonnen onder Julius Caesar en voltooid onder Augustus (13 v.C). Het was op dat moment een van de drie stenen theaters van Rome. De andere twee waren het theater van Pompeius (55 v.C.) en dat van Balbus (eveneens 13 v.C.).

Julius Caesar begon dus met de bouw maar toen hij stierf waren alleen de funderingen van het theater nog maar gelegd. Augustus liet de bouw vervolgen maar maakte het gebouw veel groter dan oorspronkelijk gepland. Daarvoor werd de ronde zijde van het Circus Flaminius (wat niet meer was dan een plein) opgeofferd. Twee tempels moesten worden afgebroken en werden verderop weer opgebouwd (de tempels van Apollo en Bellona).

Het theater werd al in 17 v.C. gebruikt voor de Ludi Saeculares (de eeuwfeesten) maar pas in 13 v.C. officieel in gebruik genomen met spectaculaire voorstellingen en door Augustus opgedragen aan Marcus Claudius Marcellus, zijn neef, zoon van zijn zus Octavia, die hij als zijn opvolger had aangewezen en aan wie hij zijn dochter Julia had geschonken, maar die voortijdig was gestorven (23 v.C.). Bij die gelegenheid werden op de achterwand van het toneel (de frons scenae) Vier marmeren zuilen geplaatst en een beeld van Marcellus van verguld brons.

Middeleeuwen

In de oudheid werd het theater herhaaldelijk gerestaureerd.

In de middeleeuwen werd het verbouwd tot kasteel dat eerst in handen was van de familie Pierleoni, daarna van de familie Faffo en tenslotte van de Savelli. De familie Savelli liet het door Baldassarre Peruzzi verbouwen tot stadspaleis, dat naderhand in bezit kwam van de familie Orsini.

Tijdens het fascistische regime werd het theater ontdaan van alle aanbouwsels die onder en tegen de arcaden waren gebouwd (1926-1932).

De restanten

Een gedeelte van de travertijnen gevel is bewaard gebleven. We zien nog twee verdiepingen van arcaden waarvan de pijlers versierd zijn met halfzuilen met Dorische kapitelen op de begane grond en Ionische op de etage. Er was nog een derde etage maar die is helaas verloren gegaan. Mogelijk was dit een attiek die was geleed met Korinthische pilasters maar het kan ook zijn dat er een derde rij bogen was.

Van het interieur dat bestond uit een cavea met 15.000 zitplaatsen en een schitterende frons scenae van drie verdiepingen is niets bewaard gebleven.